Deze soefiwijsheid wenst zich een derde type mens, de reële mens. Dat is een mens die weet hoe hij moet handelen en hoe hij niet moet handelen, die weet te handelen als dat nodig is en dan `Ja!´ kan zeggen, en die ook weet wanneer hij niet-actief moet zijn en dan `Nee!´ kan zeggen; iemand die overdag zo wakker is als maar kan en die ´s nachts heel diep kan rusten; iemand die weet hoe hij moet inademen en hoe hij moet uitademen, iemand die het levensevenwicht heeft gevonden.
Het gezegde `Vertrouw op Allah maar bind eerst je kameel vast´ is ontleend aan een anekdote:
Een meester was met een van zijn discipelen op reis. De discipel had te horen gekregen dat hij voor de kameel moest zorgen. Op een nacht arriveerden ze doodmoe bij een caravanserai. Het was de taak van de discipel om de kameel vast te binden maar dat was hem te veel werk en hij liet de kameel buiten staan. In plaats daarvan bad hij tot God: `Zorg voor de kameel,´ en viel in slaap.
De volgende morgen was de kameel verdwenen, gestolen of ertussenuit gegaan of wat dan ook. De meester vroeg: `Wat is er met de kameel gebeurd? Waar is de kameel?´ De discipel antwoordde: `Ik weet het niet. Dat moet u aan God vragen want ik heb Allah gevraagd voor de kameel te zorgen en ik was zelf te moe, dus ik weet verder niets. U moet daar mij niet op aanspreken want ik heb het hem gezegd en heel duidelijk ook! Op dat punt was er geen misverstand mogelijk. Ik heb het hem niet één maar drie keer gezegd. En u leert ons altijd: "Vertrouw op Allah" en dat heb ik dus gedaan. Daarom hoeft u niet zo kwaad naar mij te kijken.´
De meester zei: `Vertrouw op Allah maar bind eerst je kameel vast, want Allah heeft geen andere handen dan die van jou.´
Als God de kameel wil vastbinden zal hij iemands handen moeten gebruiken want andere handen heeft hij niet. En het is jouw kameel! De beste en gemakkelijkste en snelste manier is om het zelf te doen. Vertrouw op Allah, vertrouw niet uitsluitend op jouw handen want dat maakt je gespannen. Bind de kameel vast en heb dan vertrouwen in Allah.
`Waarom zou je dan nog op Allah vertrouwen als je je kameel vastbindt?´ zul je vragen. Dat is omdat ook een vastgebonden kameel gestolen kan worden. Jij doet alles wat je kunt maar je moet maar afwachten hoe het loopt, een garantie krijg je niet. Je doet dus zoveel je kunt en daarna accepteer je wat er gebeurt. Dat wil het vastbinden van de kameel zeggen: doe wat binnen je vermogen ligt, onttrek je niet aan je verantwoordelijkheid, en als er niets gebeurt of als iets fout gaat, vertrouw dan op Allah. Want hij weet het het best. Want het zou wel eens goed voor ons kunnen zijn dat we het zonder kameel moeten stellen.
Het is erg gemakkelijk om op Allah te vertrouwen en lui te zijn. Het is erg gemakkelijk niet op Allah te vertrouwen en een doener te zijn. Tot het derde type te behoren is niet gemakkelijk: op Allah vertrouwen en toch van aanpakken weten. Zoals je nu bent, ben je enkel een instrument. God is de echte doener, jij bent enkel een instrument in zijn handen.